Julius Berger, Andrei Pushkarev, Pavel Beliaev Bach Frequencies 60:90 (CD)

De verwijzing naar getallen speelt een fundamentele rol in het werk van Bach. Johann Sebastian Bach bouwde een ongelooflijke structuur en communicatie in zijn werken op de basis van getallen, in de geest van Soli Deo Gloria - Glorie aan God alleen.Alle werken op dit album zijn van Johann Sebastian Bach, of hebben een directe link met hem. Hij bewerkte bijvoorbeeld het hoboconcert van Alessandro Marcello voor solo klavier, en wij gebruiken Bachs ornamenten in onze uitvoering ervan. Piazzolla en Shostakovich verwijzen naar Het Wohltemperierte Klavier. Het hoofdwerk dat hier wordt gepresenteerd is Bach's Concerto in D mineur BWV 1052, dat hij voor eigen gebruik transcribeerde als klavecimbelconcert. De oorspronkelijke versie bestaat niet meer, maar was voor een strijkinstrument: viool of violoncello piccolo, een instrument dat Bach gebruikte in zijn cantates. Julius Berger en Andrei Pushkarev hebben een bewerking van dit stuk gemaakt voor violoncello piccolo, een cello die een kwint hoger gestemd is. De orkestpartij wordt gespeeld door vibrafoon en marimba. De overzetting naar andere instrumenten komt overeen met de praktijk van Bach zelf. Een bijzonder kenmerk van onze opname is de continue rustige pulsatie van ongeveer 60 slagen per minuut, een ritme dat kalmeert en introspectie brengt De hier gebruikte instrumentatie weerspiegelt onze diepere doelstelling: vibrafoon en marimba geven de hartslag, waarop de cello een levensmelodie maakt - de geest van de uitgevoerde werken behoudend, maar in een moderne interpretatie. De nauwe relatie tussen het ritme in de muziek en de menselijke hartslag creëert in deze opname een sfeer die naar wij geloven en hopen overeenkomt met wat Bach in zijn Lutherse bijbel noteerde: 'Waar devotiemuziek is, is God met zijn genade altijd aanwezig (Bey einer andächtigen Musique ist allezeit Gott mit seiner Gnaden Gegenwart).