One Nil

One Nil is het tweede soloalbum van de Nieuw-Zeelandse singer-songwriter Neil Finn. Het verscheen in het jaar 2001 op cd via het label Parlophone en is vooral te plaatsen binnen het genre rock, met duidelijke invloeden van alternative rock. De productie is verzorgd door Tchad Blake en Neil Finn zelf, en op het album werken ook gerenommeerde gastmuzikanten mee, waaronder Sheryl Crow en leden van Wendy & Lisa. Op One Nil laat Neil Finn horen dat hij naast zijn werk met Crowded House moeiteloos een persoonlijke schrijfstijl weet door te trekken naar zijn solomateriaal. In vergelijking met zijn debuutalbum is One Nil wat doorleefder en behoudender van toon, maar het zit vol subtiele melodieën en uitgewerkte arrangementen. Diverse nummers kennen een introspectief karakter, waarbij Finn vaak thema’s als relaties, reflectie en persoonlijke verandering onderzoekt. Zijn kenmerkende gevoel voor melancholie en ambachtelijkheid blijft op een prettige manier hoorbaar in de composities en productie, die zowel warm als gelaagd klinkt. Enkele tracks die typerend zijn voor de sfeer en het geluid van het album zijn The Climber, Rest Of The Day Off en Hole In The Ice. The Climber opent het album en geeft direct de toon aan met een persoonlijke tekst en meeslepende melodie. Rest Of The Day Off valt op door het relaxte, bijna lome karakter en melodieuze refrein. Hole In The Ice fungeert als een krachtig nummer met een meer urgente toon en energiek arrangement. Op het album zijn naast de genoemde gastmuzikanten ook andere bekende namen binnen het genre te horen, wat het geheel een rijke, internationale sound meegeeft. One Nil werd geproduceerd in onder andere Roundhead Studios in Auckland en Sunset Sound Factory in Los Angeles, wat terug te horen is in de hoge productiekwaliteit. One Nil is op cd een album dat zowel geschikt is voor liefhebbers van Finns eerdere werk als voor luisteraars die houden van gelaagde, melodieuze rock met een volwassen benadering. Het album toont Finns vakmanschap als songwriter en zijn vermogen om een intieme sfeer te combineren met toegankelijke, radiovriendelijke maar nooit oppervlakkige poprock.