Symphonieorchester Des Bayerischen Rundfunks, Mariss Jansons Bruckner: Symphony No.6 (CD)
Beschrijving
Bol Partner
Het concertjaar 2015 in München begon eind januari met twee hoogtepunten: twee uitvoeringen van Bruckners Zesde Symfonie met Mariss Jansons als dirigent van het Symphonieorchester Des Bayerischen Rundfunks. De live-opname, voorheen exclusief voorbehouden aan abonnees van het orkest, wordt nu door BR-KLASSIK op CD uitgebracht - een voortreffelijke interpretatie van een van de belangrijkste composities uit het laat-romantische symfonische repertoire.Lange tijd werd de Zesde Symfonie van Anton Bruckner (samen met zijn Tweede) beschouwd als een 'stiefkindje' in zijn immense symfonische oeuvre, ook al had de componist er zelf humeurig naar verwezen als zijn 'stoutmoedigste'. Gezien de uitvoeringscijfers en de opnamen die er in de loop der decennia van zijn gemaakt, is dat nu aanzienlijk veranderd en heeft het werk zich een vaste plaats in het repertoire verworven. De Zesde Symfonie maakt deel uit van het scheppingsproces van de twee voorgaande symfonieën, de 'Romantische' Vierde (1874/1880) en de Vijfde (1875), en wordt nu gezien als een belangrijk voorstadium in Bruckners laatste grote opleving die volgde op de compositie van het 'Te Deum' (waarvan de eerste schetsen dateren uit 1881) en culmineerde in de sublieme grootsheid van zijn laatste symfonieën, de Zevende, de Achtste en de Negende.
Het concertjaar 2015 in München begon eind januari met twee hoogtepunten: twee uitvoeringen van Bruckners Zesde Symfonie met Mariss Jansons als dirigent van het Symphonieorchester Des Bayerischen Rundfunks. De live-opname, voorheen exclusief voorbehouden aan abonnees van het orkest, wordt nu door BR-KLASSIK op CD uitgebracht - een voortreffelijke interpretatie van een van de belangrijkste composities uit het laat-romantische symfonische repertoire.Lange tijd werd de Zesde Symfonie van Anton Bruckner (samen met zijn Tweede) beschouwd als een 'stiefkindje' in zijn immense symfonische oeuvre, ook al had de componist er zelf humeurig naar verwezen als zijn 'stoutmoedigste'. Gezien de uitvoeringscijfers en de opnamen die er in de loop der decennia van zijn gemaakt, is dat nu aanzienlijk veranderd en heeft het werk zich een vaste plaats in het repertoire verworven. De Zesde Symfonie maakt deel uit van het scheppingsproces van de twee voorgaande symfonieën, de 'Romantische' Vierde (1874/1880) en de Vijfde (1875), en wordt nu gezien als een belangrijk voorstadium in Bruckners laatste grote opleving die volgde op de compositie van het 'Te Deum' (waarvan de eerste schetsen dateren uit 1881) en culmineerde in de sublieme grootsheid van zijn laatste symfonieën, de Zevende, de Achtste en de Negende.