Ds. Barend Fijnebuik (1800 1881)
Beschrijving
Bol
Het leven van Zwollenaar Barend Fijnebuik (1800-1881) kende veel ups en downs. Opgeleid tot timmerman voelde hij zich geroepen zendeling te worden. Hij volgde een opleiding in Rotterdam. Slechts enkele weken per jaar mocht hij naar huis. In 1824 beschrijft hij in een dagboekje hoe hij zijn zomervakantie in Zwolle doorbrengt. Als je leest hoe hij tal van bezoeken aflegde, lijkt het of je rondloopt in het Zwolle van tweehonderd jaar geleden. Barend Fijnebuik kwam op de valreep terug op zijn keuze. Hij durfde de stap naar het Verre Oosten niet te wagen en besloot in Leiden te studeren voor predikant. Hij huwde op 30-jarige leeftijd een schatrijke weduwe en kon zich per rijtuig naar de colleges laten brengen. Achtereenvolgens werd hij hervormd predikant te Zoutelande, Zwartsluis, Vlissingen en Hoogeveen. Hij maakte de overstap naar de afgescheiden kerken en werd predikant in Schiedam. Binnen een halfjaar vertrok hij en werd na enige tijd predikant van de afgescheiden gemeente in Zwolle. Dit liep uit op een drama en hij gooide het bijltje erbij neer. Daarna probeerde hij opnieuw predikant te worden in de Hervormde Kerk. Een unieke stap, want niet eerder had een predikant een dergelijk verzoek ingediend. Maar de vlieger ging niet op. Weer lid worden mocht wel, maar weer dominee worden in de Hervormde Kerk was er niet meer bij.
Het leven van Zwollenaar Barend Fijnebuik (1800-1881) kende veel ups en downs. Opgeleid tot timmerman voelde hij zich geroepen zendeling te worden. Hij volgde een opleiding in Rotterdam. Slechts enkele weken per jaar mocht hij naar huis. In 1824 beschrijft hij in een dagboekje hoe hij zijn zomervakantie in Zwolle doorbrengt. Als je leest hoe hij tal van bezoeken aflegde, lijkt het of je rondloopt in het Zwolle van tweehonderd jaar geleden. Barend Fijnebuik kwam op de valreep terug op zijn keuze. Hij durfde de stap naar het Verre Oosten niet te wagen en besloot in Leiden te studeren voor predikant. Hij huwde op 30-jarige leeftijd een schatrijke weduwe en kon zich per rijtuig naar de colleges laten brengen. Achtereenvolgens werd hij hervormd predikant te Zoutelande, Zwartsluis, Vlissingen en Hoogeveen. Hij maakte de overstap naar de afgescheiden kerken en werd predikant in Schiedam. Binnen een halfjaar vertrok hij en werd na enige tijd predikant van de afgescheiden gemeente in Zwolle. Dit liep uit op een drama en hij gooide het bijltje erbij neer. Daarna probeerde hij opnieuw predikant te worden in de Hervormde Kerk. Een unieke stap, want niet eerder had een predikant een dergelijk verzoek ingediend. Maar de vlieger ging niet op. Weer lid worden mocht wel, maar weer dominee worden in de Hervormde Kerk was er niet meer bij.
BoekenwereldHet leven van Zwollenaar Barend Fijnebuik (1800-1881) kende veel ups en downs. Opgeleid tot timmerman voelde hij zich geroepen zendeling te worden. Hij volgde een opleiding in Rotterdam. Slechts enkele weken per jaar mocht hij naar huis. In 1824 beschrijft hij in een dagboekje hoe hij zijn zomervakantie in Zwolle doorbrengt. Als je leest hoe hij tal van bezoeken aflegde, lijkt het of je rondloopt in het Zwolle van tweehonderd jaar geleden. Barend Fijnebuik kwam op de valreep terug op zijn keuze. Hij durfde de stap naar het Verre Oosten niet te wagen en besloot in Leiden te studeren voor predikant. Hij huwde op 30-jarige leeftijd een schatrijke weduwe en kon zich per rijtuig naar de colleges laten brengen. Achtereenvolgens werd hij hervormd predikant te Zoutelande, Zwartsluis, Vlissingen en Hoogeveen. Hij maakte de overstap naar de afgescheiden kerken en werd predikant in Schiedam. Binnen een halfjaar vertrok hij en werd na enige tijd predikant van de afgescheiden gemeente in Zwolle.
StumpelDe Zeeuwse dominee Barend Fijnebuik werd geteisterd door een rusteloos bestaan. Hij was achtereenvolgens predikant in verschillende gemeenten en trouwde meerdere malen. Na een mislukte poging om als zendeling uitgezonden te worden - op het laatste moment overwonnen zijn twijfels het van zijn daadkracht - keerde hij terug naar het predikantschap, maar werd door het kerkbestuur van Zuid-Holland afgewezen. Hoe keek hij terug op zijn kerkelijke loopbaan?