Recht in de marge (Paperback)
Beschrijving
In zijn inaugurele rede "Recht in de marge" biedt Michel Vols een diepgaande analyse van het openbare-orderecht. Dit rechtsgebied is cruciaal voor lokale overheden die, vaak in samenwerking met private partijen en strafrechtelijke actoren, de orde en rust in de maatschappij proberen te handhaven. Het openbare-orderecht manifesteert zich doorgaans aan de randen van de samenleving en heeft een aanzienlijke impact op gemarginaliseerde personen en groepen.
Vols stelt centrale vragen over de rol van wetgeving in de levens van mensen die zich aan de randen van de maatschappij bevinden. Hij onderzoekt of de toepassing van bestaande wetgeving hen meer richting de marge drukt of juist ondersteuning biedt. De rede behandelt ook de vraag welke bescherming het recht biedt in deze marginale context en of het recht zelf niet in verdrukking is gekomen. Daarnaast reflecteert hij op de rol van de rechtswetenschap en hoe deze de werking van het recht in de marge zou moeten bestuderen, vooral in het licht van de uitdagingen waarmee de rechtswetenschap zelf te maken heeft, zoals een gebrek aan financiering.
Om zijn argumenten kracht bij te zetten, werkt Vols drie relevante casus uit waarin het openbare-orderecht duidelijk naar voren komt.
Casus 1: Rotterdamwet
De eerste casus betreft de toepassing van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek, ook wel bekend als de Rotterdamwet. Deze wet is ontworpen om problematische situaties in stedelijke gebieden aan te pakken, echter heeft de toepassing van deze wet vaak onbedoelde gevolgen voor kwetsbare groepen binnen de samenleving.
Casus 2: Gedragsaanwijzingen
De tweede casus richt zich op bestuursrechtelijke en huurrechtelijke gedragsaanwijzingen die diepgaand ingrijpen in het leven van verwarde personen. Deze maatregelen kunnen leiden tot verdere marginalisering en sociale uitsluiting van reeds kwetsbare individuen.
Casus 3: Kraken en rechtsbescherming
De derde casus behandelt de kwestie van kraken en de rechtsbescherming die aan krakers wordt verleend. Vols benadrukt dat rechtsbescherming in deze context onder druk staat en dat het gebruikmaken van deze bescherming soms zelfs als verdacht wordt beschouwd.
Tot slot pleit Vols ervoor dat rechtswetenschappers een actieve rol moeten spelen in het adresseren en analyseren van deze problematiek. Hij onderbouwt zijn betoog met gegevens verkregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, waaruit blijkt dat de rechtswetenschap zelf momenteel ook aanzienlijk onder druk staat. Door deze samenhang te onderzoeken, roept hij niet alleen op tot een kritische reflectie over de impact van openbaarheidsrecht op gemarginaliseerde groepen, maar ook op de noodzaak om deze thema's in het academische discours centraal te stellen.
In zijn inaugurele rede "Recht in de marge" biedt Michel Vols een diepgaande analyse van het openbare-orderecht. Dit rechtsgebied is cruciaal voor lokale overheden die, vaak in samenwerking met private partijen en strafrechtelijke actoren, de orde en rust in de maatschappij proberen te handhaven. Het openbare-orderecht manifesteert zich doorgaans aan de randen van de samenleving en heeft een aanzienlijke impact op gemarginaliseerde personen en groepen.
Vols stelt centrale vragen over de rol van wetgeving in de levens van mensen die zich aan de randen van de maatschappij bevinden. Hij onderzoekt of de toepassing van bestaande wetgeving hen meer richting de marge drukt of juist ondersteuning biedt. De rede behandelt ook de vraag welke bescherming het recht biedt in deze marginale context en of het recht zelf niet in verdrukking is gekomen. Daarnaast reflecteert hij op de rol van de rechtswetenschap en hoe deze de werking van het recht in de marge zou moeten bestuderen, vooral in het licht van de uitdagingen waarmee de rechtswetenschap zelf te maken heeft, zoals een gebrek aan financiering.
Om zijn argumenten kracht bij te zetten, werkt Vols drie relevante casus uit waarin het openbare-orderecht duidelijk naar voren komt.
Casus 1: Rotterdamwet
De eerste casus betreft de toepassing van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek, ook wel bekend als de Rotterdamwet. Deze wet is ontworpen om problematische situaties in stedelijke gebieden aan te pakken, echter heeft de toepassing van deze wet vaak onbedoelde gevolgen voor kwetsbare groepen binnen de samenleving.
Casus 2: Gedragsaanwijzingen
De tweede casus richt zich op bestuursrechtelijke en huurrechtelijke gedragsaanwijzingen die diepgaand ingrijpen in het leven van verwarde personen. Deze maatregelen kunnen leiden tot verdere marginalisering en sociale uitsluiting van reeds kwetsbare individuen.
Casus 3: Kraken en rechtsbescherming
De derde casus behandelt de kwestie van kraken en de rechtsbescherming die aan krakers wordt verleend. Vols benadrukt dat rechtsbescherming in deze context onder druk staat en dat het gebruikmaken van deze bescherming soms zelfs als verdacht wordt beschouwd.
Tot slot pleit Vols ervoor dat rechtswetenschappers een actieve rol moeten spelen in het adresseren en analyseren van deze problematiek. Hij onderbouwt zijn betoog met gegevens verkregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, waaruit blijkt dat de rechtswetenschap zelf momenteel ook aanzienlijk onder druk staat. Door deze samenhang te onderzoeken, roept hij niet alleen op tot een kritische reflectie over de impact van openbaarheidsrecht op gemarginaliseerde groepen, maar ook op de noodzaak om deze thema's in het academische discours centraal te stellen.
Prijshistorie
Prijzen voor het laatst bijgewerkt op: